7de wonder: Wedergeboorte
Er zijn nog enkele profetieën, van jaren geleden, die nog niet in vervulling zijn gebracht over de dood van Jezus. In Psalmen en het boek Zacharia staan er 2 van deze profetieën beschreven. Psalm 34 vers 21: ‘Hij behoedt al Zijn beenderen, niet één daarvan wordt gebroken.’ Zacharia 12 vers 10: ‘Zij zullen Hem aanschouwen, die zei doorstoken hebben.’ De vrijdag gaat over in de zaterdag, in dit geval het Joodse Pasen. De gekruisigden moeten voor die tijd van het kruis verwijderd zijn. Om deze reden worden, van de twee veroordeelden naast Jezus, de onderbenen verbrijzeld met een ijzeren staaf. De zogenaamde crurifrdeagium (letterlijk vertaald de benenbreker). Hierna stierf het slachtoffer binnen een kwartier, maar bij Jezus was dit niet nodig, Hij was al gestorven. Hiermee wordt ook de profetie van Psalm 34 in vervulling gebracht. Een van de romeinse soldaten steekt hierna nog een speer in Jezus’ zij. Ook deze handeling was niet zonder reden en door God geleid. Jezus rekende, met zijn bloed, af met onze zonden. Maar God wilde niet alleen afrekenen met onze zonden, maar ook met onze zondige natuur. Het kruis heeft ons daarom ook nog verlost van de zondige natuur! Het lichaam, ons oude mens, onze zondige natuur, ons vlees, werd doorstoken! Het 7de wonder!